Thema: Vader en Moeder
Opening
Fietsend door Denemarken zagen we op het kerkhof bij een van de ontelbare mooie kerkjes een grafsteen, liggend op de grond, met het opschrift ‘Far’ en ‘Mor’: ‘Vader’ en ‘Moeder’, en de jaartallen van hun geboorte en overlijden. Meer stond er niet op, geen namen, geen herinnering, geen dankbetuiging. Zie foto. Dan ga je nadenken over de gedachte achter deze bijzondere steen. Het kan natuurlijk zijn dat deze mensen er zelf om gevraagd hebben het zo sober mogelijk
te houden, om zelfs hun namen niet te noemen.
Maar het kan ook zijn dat degenen die deze steen geplaatst hebben ervan overtuigd waren dat hiermee alles gezegd is. Dat deze omschrijving aan iedere toeschouwer duidelijk maakt dat dit een graf moet zijn boordevol liefde en toewijding.
Want wie denkt niet in deze beelden aan zijn of haar ouders?
Vader en moeder: zij hebben ons gemaakt tot wat we zijn. Vanaf onze prilste jeugd hebben zij ons laten zien en voelen wat de vanzelfsprekendheden zijn het menselijk bestaan.
Liefde, respect, verantwoordelijkheid…
Als vervolg op Moederdag en Vaderdag willen we samen met jullie terugdenken aan onze ouders, stilstaan bij hun betekenis in ons leven, dankbaar zijn, hun levens vieren.
En ook, indien mogelijk: genieten van wat voorbij is.
Na het zien van de foto van deze steen schreef Harrie Jorna spontaan het volgende:
Beste Far en Mor,
Iedere keer weer als ik jullie graf zie
schiet ik vol,
uit dankbaarheid, uit verdriet,
uit heimwee naar jullie,
naar jullie zijn,
naar jullie samen zijn,
ons Far en Mor.
Iedere keer weer als ik jullie graf zie
zo glad als graniet,
zo glad waren onze verhoudingen niet,
dat een slak eraf zou glijden,
dan waren we niet te benijden.
Nu 34 jaar na jullie dood,
zijn wij zelf Far en Mor van onze kinderen,
die jullie kleinkinderen zijn.
Die hadden we een keertje meegenomen
naar jullie plek daar met die bruine steen.
Ze verzorgde de plantjes en bloemen
en liepen vol eerbied er omheen.
Toen zei onze jongste
kijkend aan de achterkant van jullie steen,
als ik opa en oma was
had ik de steen omgedraaid,
want we moesten van hun ook altijd
alles van de beste kant bekijken,
en ik vind de voorkant mooier lijken.
De twee kanten van een mens
God, het is niet te geloven
wat mensen elkaar aan kunnen doen,
zo geniepig en zo gemeen, zo hard en wreed.
Verbijsterd zijn we als we dat van dichtbij meemaken.
Wij kunnen haast niet geloven
dat u nog vertrouwen in ons mensen hebt.
Maar soms…..
staan we ook versteld van de andere kant van mensen.
Wat ze voor elkaar over kunnen hebben,
zoveel toewijding, zoveel liefde en inzet.
Dan durven we weer te geloven
in een ander.
Daarom vragen we:
geef ons, naar het voorbeeld van onze ouders en alle anderen die voor ons gezorgd hebben, de kracht om het beste in onszelf naar boven te halen.
Amen
De boom
Als je aan een boom zou vragen:
Hé boom, sta jij nou graag alleen?
Dan zou hij, denk ik, zeggen:
Geef mij maar boompjes om me heen.
Zou je aan je vader vragen:
Hé papa, sta jij graag alleen?
Dan zou hij, denk ik, zeggen:
Geef mij maar mensen om mij heen.
Als je aan een boom zou vragen:
Aan wie geef jij het leven door?
Dan zou hij, denk ik, zeggen:
Daar heb ik nou mijn takken voor.
Als je aan je moeder zou vragen:
Aan wie geef jij het leven door?
Dan zou ze, denk ik, zeggen:
Ja kijk, daar heb ik jou nu voor.
Zou je aan je oma vragen:
Jouw leven, waar komt dat vandaan?
Dan zou ze, denk ik, zeggen:
Van oma’s die niet meer bestaan.
Dus bomen zijn als mensen,
geen van twee staat graag alleen;
in kinderen en in takken,
zo groeit er leven om hen heen.
Jij, je vader en je moeder,
dat is een soort van levensboom:
en die tak een eindje verder,
dat is een tante of een oom.
Maar die opa’s en die oma’s
die jaren terug gestorven zijn?
Ja kijk, ik zal maar zeggen:
Dat zullen wel de wortels zijn.
Menoragebed
In grote dankbaarheid steken we de kaarsen van de Menorah aan.
Bij de eerste kaars…
… danken wij onze ouders dat wij geboren zijn uit hun liefde, dat zij ons vanaf het prilste begin onvoorwaardelijke liefde en aandacht gegeven hebben, dat ze zichzelf weggecijferd hebben voor ons, en dat ze er later ook waren voor onze kinderen.
Bij de tweede kaars…
…voor de fijne jeugd die we gehad hebben, voor de gezelligheid, hun gastvrijheid voor onze vrienden, hun wijsheid en humor.
Bij de derde kaars…
…dat ze ons hebben leren lopen, fietsen, praten, zwemmen, koken en al wat nodig is om in deze wereld verder te komen. En dat ze ons gestimuleerd hebben om het beste uit onszelf te halen op school, bij al onze opleidingen, sporten, muziek maken, noem maar op.
Bij de vierde kaars…
…dat ze ons geleerd hebben te vallen en weer op te staan, verantwoordelijk om te gaan met geld en goed, en liefde en respect voor de natuur en de wereld bijgebracht hebben.
Bij de vijfde kaars…
…dat ze ons hebben laten zien wat belangrijk is in het leven en wat niet: dat alle mensen gelijk zijn en iedereen er mag zijn, dat ware schoonheid van binnen zit, dat rijkdom er niet toe doet.
Bij de zesde kaars…
…dat ze in de gemeenschap stonden, met iedereen overweg konden, andere mensen hielpen waar dat nodig was, en ons zo omgangsvormen en solidariteit hebben bijgebracht.
Bij de zevende kaars…
…dat ze ons voorgeleefd hebben in eenvoud, tevredenheid en dankbaarheid voor alles wat ze hadden, zoals wij nu dankbaar zijn voor alles wat zij voor ons betekend hebben.
God, wij danken u voor onze ouders, die we zelf niet uitgekozen hebben, aan wie U ons hebt toevertrouwd, en die ons gemaakt hebben tot wat we zijn…
Mijn ouders…
… waren gewone dorpsmensen, die zich manhaftig door het leven hebben geslagen.
Wat er ook gebeurde, ze probeerden altijd de moed erin te houden, vooral ons moeder was daar sterk in. Waren er momenten dat er echt pech was, de omstandigheden soms hopeloos leken, hield ze vol onder het motto:
“’t Is nog nooit zo duuster gewes, of daor kump weer licht!’
Of: ‘Kop hoog en veuruut kieken!’ Ze zag altijd lichtpuntjes. Ze was een geestelijk sterke vrouw met een warm kloppend hart en was begaan met het lot van de medemens, want volgens haar had elk mens iets goeds in zich.
Mijn vader was de rots in de branding, een echt natuurmens, een nuchtere, bescheiden man met een groot hart, waarin hij veel bewaarde. In de stilte van de natuur voelde hij zich prima en hij wist veel te vertellen over bloemen, planten en bomen. Was rechtvaardig en drukte ons, als kinderen, vaak op het hart: wees altijd en in alles eerlijk en oprecht.
Het was in de jaren ’30, crisistijd, toen mijn ouders begonnen met een schoenwinkel.
Een zware tijd om het hoofd boven water te houden. Er is keihard gewerkt.
Ze waren beiden zeer gelovig en moeder had een diepe verering voor Maria. Tot aan haar sterven ging ze ieder jaar op bedevaart naar ’t genadeoord Kevelaer. Als kind vroeg ik dan wel eens: ‘Moeder, wat doe je daar toch altijd?’
‘Heel simpel’, antwoordde ze dan: ‘ja kind, één keer vraag je om hulp en steun aan Maria en een volgende keer ga je haar bedanken’. Ook zei ze vaak: ‘Maria brengt altijd uitkomst.’
Haar beeltenis en het Heilig Hartbeeld hadden een plek bij ons in de woonkamer.
Om zeven uur ’s avonds samen Rozenkrans bidden, geknield voor de keukenstoel. Na het bidden van de Rozenkrans had moeder altijd een gebed voor verschillende intenties. Zo baden we destijds altijd voor al degenen die een onvoorziene en plotselinge dood stierven. Je begreep als kind niet precies alles, maar je prevelde toch dat gebed voor die mensen.
Toen we ouder werden en van de lagere school kwamen kwam de vraag: wat gaan we doen? Ik hoor vader nog zeggen: ‘Als je leren kunt en wilt, zul je beter kunnen beginnen dan moeder en ik begonnen zijn.’ Ook drukte hij je op het hart: welk beroep je ook kiest, je moet terdege arbeidsvreugde hebben, anders wordt het niets.
Het was erg verdrietig dat vader al op vrij jonge leeftijd, 55 jaar, kwam te sterven: een groot gemis voor moeder en ons allen. Moeder moest alleen verder met de zaak, hetgeen zij prima gedaan heeft.
Ze heeft daarna nog een fijne oude dag beleefd, waarin ze zomaar op vakantie kon gaan. Zoiets kon toch vroeger niet. Intens heeft ze die vakanties beleefd.
Toen moeder als laatste ouder stierf, dacht ik meteen: ‘Nu ben ik wees! Je bent geen kind meer van….’ Hoe oud je zelf ook mag worden, het gemis van je ouders vind ik blijvend!
Ik heb samen met mijn zus en broer een fijne onbezorgde jeugd gehad, mede door alle zorgzaamheid en hulp van onze ouders.
Met het klimmen der jaren word je soms overvallen door nostalgie en realiseer je je hoe bijzonder je ouders en je ouderlijk huis waren. Er komt dan een soort heimwee over je naar dat huis, waarin je samen hebt gewoond en geleefd. Heimwee is: die dingen missen waaraan je zo gehecht was; het is een gevoel en is moeilijk uit te leggen.
Mijn liefde voor mijn ouders zal altijd voortleven, want liefde is een fijn gevoel, dat in je hart woont.
Geloofsbelijdenis
Wij geloven in U, God, die wij Vader mogen noemen,
die de aarde met de sterren, de zon en de maan heeft omgeven,
die de aarde tot leven bracht en ons een vader en moeder gaf,
die ons het geloof meegaven, dat U ieder van ons roept
om in ons leven onze eigen weg te gaan:
een weg die onszelf én anderen gelukkig maakt.
Wij geloven in U, Jezus Christus, Zijn Zoon.
U toonde ons de weg die wij moeten gaan.
U overwon de struikelstenen en de valkuilen in uw leven
en werd door uw streven naar waarheid en gerechtigheid
een struikelblok, een doorn in het oog
van kortzichtigen en fundamentalisten.
Wij geloven dat U Uw leven gegeven hebt
om onze fouten voor altijd uit de wereld te helpen.
Wij geloven in U, Heilige Geest,
die op aarde alle licht is komen geven,
opdat mensen steeds met elkaar in vrede zouden leven.
Wij geloven dat uw Geest mensen samenbrengt en enthousiast maakt
om samen te dromen,
om samen te bidden en te zingen,
om samen verder te zien dan de duisternis van elke dag.
Amen.
Voorbede
Bidden wij voor onze ouders, en hun ouders, en alle voorouders, dat zij na al hun aardse inspanningen nu voor altijd mogen rusten in Gods Vaderhuis.
Bidden wij voor alle mensen die het zonder ouders moeten stellen, of hun ouders voortijdig verloren zijn. Dat zij kunnen rekenen op de liefde en zorg van anderen.
Bidden wij voor degenen die in onvrede leven met hun ouders of kinderen, dat zij de weg naar de vrede mogen vinden.
Bidden wij voor al diegenen die zich inzetten voor kinderen zonder ouders, of uit probleemgezinnen, dat zij geïnspireerd blijven om hun liefde te blijven geven, ook al zijn het niet hun eigen kinderen.
Bidden wij ook voor degenen die de oudere ouders verzorgen en begeleiden, dat ook zij steeds opnieuw gedrevenheid en kracht mogen vinden om hun werk te doen.
Bidden wij tenslotte voor de ouders van de toekomst, dat zij hun kinderen evenveel liefde en aandacht geven als zij van hun ouders ontvangen hebben.
God, zie neer op ons, Uw kinderen. Sta ons bij in deze woelige tijden, laat ons niet het slachtoffer worden van gelatenheid of angst. Sla Uw beschermende arm om ons heen en geef ons kracht om ieder te geven wat hij of zij nodig heeft. Amen
Vredewens
Als ik terugdenk aan mijn ouders, zie ik in de allereerste plaats hun tevredenheid.
Zeker in de latere jaren van hun leven, toen ze alle hobbels genomen hadden en alles op zijn plek gekomen was, leefden ze in grote tevredenheid en dankbaarheid voor alles wat ze hadden en konden.
Tevreden, daar zit het woord ‘vrede’ in. Dat is geen toeval, want de grootste belemmering voor vrede is meestal het gevoel dat je tekort komt, dat de ander meer heeft, dat het niet eerlijk is. De grens tussen ‘ontevredenheid’ en ‘onvrede’ is dun.
Maar als je tevreden bent ligt vrede binnen handbereik.
Wensen wij elkaar, al dan niet met een gepast gebaar, tevredenheid en vrede.
Afsluiting
Mijn tante Luise is haar hele leven huishoudster geweest bij een pastoor, in Duitsland.
Het was wel een Nederlandse pastoor, een echte Amsterdammer, met Amsterdamse humor. Pastoor de Roos; zijn voornaam weet ik niet, die werd nooit gebruikt. Ze hebben samen in heel wat plaatsen in Westfalen gewoond en gewerkt. In de jaren ’60 is onder zijn leiding de kerk in Lowick, bij Bocholt, gebouwd.
Als een priester en zijn huishoudster vrijwel hun hele leven samen zijn, is dat natuurlijk ook een liefdesrelatie, maar dan anders. Zo heeft zij hem altijd met ‘Sie’ aangesproken.
Maar toen hij overleden was, bij zijn afscheidsviering, viel mij op dat God in de gebeden met ‘Du’ werd aangesproken. En dat in Duitsland, waar vrijwel iedereen ‘Sie’ is.
Ik heb mijn tante toen gevraagd waarom dat is, en ze zei, een beetje verbaasd: ‘Je spreekt je vader toch niet met ‘Sie’ aan?’ Daar had ik geen antwoord op.
Ja, God is als een vader voor ons, maar tutoyeren? Ik dacht bij de voorbereiding voor deze viering: zal ik God voor één keer met ‘je’ aanspreken, als vader? Maar dat lukt echt niet, wel in het Duits en in het dialect, maar niet in het Nederlands.
Lieve God, U bent als een vader voor ons.
Maar toch anders, hogerop, dan onze eigen vader.
Wij danken U dat wij aardse ouders gehad hebben, die ons,
met beide benen op de grond, begeleid hebben
in het leren leven op deze aarde.
Die ons met liefde klein hebben gezien
en groot hebben zien worden.
Help ons net zo groot te worden als zij,
in alles wat er echt toe doet:
het gewone, het alledaagse,
in liefde, zorgzaamheid, medemenselijkheid en wijsheid.
Amen.
ROOSTER NIEUWSBRIEVEN DATA VIERING THEMA
Zondag : 6 sept – 10:00 uur Oecumenische startviering N.N.
Zondag : 4okt. – 10:00 uur Viering waarschijnlijk weer in onze Mauritiuskerk
Helpdesk kerkradio
Voor de parochianen die deze liturgieviering willen volgen via de kerkradio en moeite
hebben met het vinden van deze viering op internet, bieden wij de mogelijkheid om
onze helpdesk voor of tijdens de viering te bellen om u hierbij te helpen.
tel. 06-10512957
Coronanieuws
Na 1 juli jl. zijn de mogelijkheden voor groepsbijeenkomsten weer verruimd. Echter de 1,5 meter afstand is een van de RIVM maatregelen die blijft. Voor de vieringen vanaf 1 september in onze Mauritiuskerk is er een overleg met de lokatieraad gestart hoe wij dat gaan invullen. Ook bekijken we of er dan ook weer gezongen kan worden Met Mixed Emotions.
Medio augustus informeren we de parochianen over de wijze waarop met in acht neming van de RIVM richtlijnen weer in onze kerk gevierd kan worden.